Het NGI ondersteunt de invoering van het UN-IGIF
Het Geïntegreerd kader van de geospatiale informatie (UN-IGIF), vormt de belangrijkste méthodologie voor het Expertencomité voor het wereldwijd beheer van geografische informatie (UN-GGIM). Goedgekeurd in 2018 levert het de strategische oriëntaties voor de uitwerking en de invoering van de specifieke infranationale of nationale actieplannen voor de versterking van het geïntegreerd beheer van de informatie ter ondersteuning van Agenda 2030 voor de duurzame ontwikkeling.
Sinds het einde van 2022 investeert het NGI veel middelen in de Franse vertaling van de belangrijkste documenten van het IGIF, en meer bepaald de 9 strategische trajecten. Het doel van dit initiatief is de methodologie van het UN-IGIF beschikbaar maken voor Franstalige landen om de invoering ervan op wereldniveau te ondersteunen. Het NGI maakt deel uit van een beperkte groep UN-lidstaten (België, Saoedi-Arabië en Mexico) die en methodologie uitwerkten voor een globale aanpak van het proces van de vertaling van de documenten van het IGIF door de lidstaten die zich hiervoor als vrijwilliger opgeven. De vertalingen startten begin 2023 en sindsdien werkt het NGI mee aan en superviseert het de vertalingen in het Frans, in nauwe samenwerking met het “Centre canadien de cartographie et d’observation de la Terre”.
Sinds 2022 ondersteunt het NGI in samenwerking met KULeuven de invoering van het UN-IGIF in het kader van projecten die door de Wereldbank gesubsidieerd worden
Om te beginnen in Senegal, in het kader van het Senegal Cadastre and Land Tenure Improvement Project dat tot doel heeft de infrastructuur van de geodata in Senegal te evalueren en na te gaan wat de belangrijkste maatregelen zijn voor de geleidelijke invoering van een kwaliteitsvolle infrastructuur, aangepast aan de specifieke en prioritaire domeinen van het land. De eerste fase van dit project, uitgevoerd door de KU Leuven met de steun van NGI en de Senegalese Cheikh Anta Diop Universiteit onder leiding van professor Amadou Tahirou Diaw, omvatte een algemene analyse van de huidige stand van zaken van het beheer van geospatiale gegevens in de breedste zin van het woord, evenals een analyse van nationale en internationale beleidsdocumenten en hun impact op geodata. Beide rapporten zijn officieel afgerond in mei 2023 en zijn zeer positief ontvangen door de belangrijkste belanghebbenden in Senegal. Op basis van deze positieve beoordeling werd een vervolgproject gestart om een sociaaleconomische impactanalyse (SEIA) uit te voeren en een nationaal actieplan op te stellen. Van 30 oktober tot 4 november 2023 reisden geograaf Johannes Van Geertsom van het NGI en professor Joep Crompvoets van de KU Leuven naar Senegal om de resultaten van de verschillende rapporten te presenteren tijdens een intensieve workshop met Senegalese stakeholders. De resultaten, aangepast op basis van de commentaren ontvangen tijdens de workshop, werden eind november gepresenteerd door professor Amadou Tahirou Diaw op de “Journées nationales de la géomatique” in Dakar, een tweedaagse conferentie over “Geospatiale diensten voor gebieden, ondernemerschap en innovatie”. Het is de bedoeling dat de rapporten in 2024 worden afgerond en officieel worden overhandigd.
In 2023 heeft het NGI de invoering van het UN-IGIF in Djibouti ondersteund in het kader van de lancering van een project dat gedurende een jaar wordt gesubsidieerd door de Wereldbank en deel uitmaakt van het bredere Quality Investment Infrastructure Partnership contributions to the Djibouti: Integrated Slum Upgrading Project. Het doel is, om net als in Senegal, geleidelijk een kwaliteitsvolle geodata-infrastructuur op te zetten, afgestemd op de specifieke en prioritaire domeinen van het land. Van 17 tot 22 januari hebben Johannes Van Geertsom en Joep Crompvoets een eerste bezoek gebracht aan de autoriteiten van Djibouti die belast zijn met ruimtelijke ordening, urbanisme en habitat, samen met lokale experten. Deze bijeenkomst bood de gelegenheid om het project en de methodologie in detail te presenteren, met het oog op het verkrijgen van de nodige institutionele steun voor de uitvoering ervan. Er werd ook een workshop van een halve dag gehouden met politieke en technische belanghebbenden om de belangrijkste struikelblokken en potentiële kansen van het project te evalueren. Het doel van het bezoek was ook om, in samenwerking met een lokale expert en een vertegenwoordiger van de Directie Ruimtelijke Ordening, Urbanisme en Habitat, de benchmarkscore voor Djibouti te bepalen voor de 9 strategische trajecten van het IGIF. Het verkennende bezoek in januari 2023 werd gevolgd door een volgend bezoek in juni om de eerste resultaten van de studie te presenteren. Het project trok duidelijk veel belangstelling. Niet minder dan tien verschillende overheidsdiensten waren vertegenwoordigd op de workshop voor lokale stakeholders, wat aanleiding gaf tot een levendige discussie, veel interactie en vooral veel feedback. De analyses van de studie waren ook interessant voor de regeringsleiders. Er vond een aparte bijeenkomst plaats met de minister van Stad, Ruimtelijke Ordening en Milieu, die meer wilde weten over het project en de volgende stappen in de uitvoering ervan. Er werden drie rapporten opgesteld. Ten eerste een algemene analyse van de huidige staat van het beheer van geospatiale gegevens in de breedste zin van het woord; ten tweede een analyse van beleidsdocumenten (nationaal en internationaal) en de impact van geodata daarop; en ten derde een actieplan. De voortgang van de implementatie van de IGIF werd ook besproken in New York tijdens de 13e zitting van het UN-GGIM expertencomité, waarvan het NGI medevoorzitter is voor België, en tijdens parallelle evenementen.
Invoering in België van de UN-IGIF methodologie
Het NGI zal vanaf januari 2024, in samenwerking met de KU Leuven, een werkgroep opstarten voor de invoering in België van de UN-IGIF methodologie, samen met de federale entiteiten die geografische gegevens produceren, integreren of gebruiken. Het doel van deze oefening is UN-IGIF gebruiken om de huidige situatie inzake geodatabeheer in België in kaart te brengen, na te gaan wat de opportuniteiten en uitdagingen zijn voor het land en waar het beter kan. Het resultaat zou als inspiratiebron kunnen dienen voor de regeringen die na juni 2024 gevormd zullen worden in hun strategische keuzes op het gebied van geografische informatie.